|
RUIMTE
TREFWOORD < RUIMTE> |
CITATEN |
DEMOKRITOS:
Het is slechts schijn dat iets een kleur heeft, in werkelijkheid bestaan er alleen
maar atomen en de ruimte. |
DEEPAK CHOPRA:
Mijn lichaam is een beleving die ik heb in
tijd en ruimte. Het heeft een plaats in de ruimte en het bestaat in de
tijd. Het heeft een begin, een midden en een eind. |
BOHM:
Je kunt de ruimte op twee manieren beschouwen. De ene manier is te zeggen dat onze
huid de grens vormt van onszelf, dat er de ruimte is die daarbuiten ligt en de
ruimte die daarbinnen ligt. De ruimte daarbinnen is het afgescheiden zelf - dat is
duidelijk - en de ruimte daarbuiten is de ruimte die het afgescheiden zelf
afgescheiden doet zijn. En daarom hebben we, om de afscheiding tussen u en mij te
doorbreken, een proces nodig waardoor we ons van hier naar daar door die ruimte
kunnen bewegen en dat kost tijd. |
DALAI
LAMA: De menselijke geest is niet
solide maar vorm loos en niet gemakkelijk te disciplineren. Daar om is een
voortdurende inspanning noodzakelijk en de moeite waard. Ik heb in het
algemeen het gevoel dat de mensen veel te veel nadruk leggen op het
ontwikkelen van uiterlijke zaken, zoals bijvoorbeeld de uiterlijke ruimte.
Er worden miljoenen en miljoenen besteed aan het ontdekken van de
uiterlijke ruimte. Wanneer we naar binnen kijken -in de menselijke
schedel- dan lijkt die ruimte erg klein, maar ik ge loof dat die
"innerlijke ruimte" heel groot is, een enorm gebied dat
ontwikkeld kan worden. En het ontdekken van de "innerlijke
ruimte" hoeft niet duur te zijn. Wanneer we wat moeite doen, en wat
belang stellen in het onderzoeken van de innerlijke wereld, dan zullen wij
uiteindelijk misschien de juiste houding vinden om de materiële
ervaringen en de geestelijke ervaringen in evenwicht te brengen. De materiële
én de geestelijke ontwikkeling: wanneer deze twee samengaan, zal dat iets
goeds te weeg kunnen brengen. |
ANONIEM:
Twintig miljard jaar geleden was er niets. Niets is; niet iets. Er was
geen licht en geen donker. Er was geen materie, geen energie, geen
temperatuur. Er bestond geen ruimte. Er bestond geen tijd. Er bestond
niets.
Behalve: Er bestond een wil. Het was niet zo, dat deze wil een bepaalde
ruimte in beslag nam, want in het niets is geen ruimte. Evenmin was het
zo, dat deze wil gedurende een bepaalde tijd bestond, want in het niets is
geen tijd. Tussen de vijftien en de twintig miljard jaar geleden barstte
deze wil uit als een kracht, als energie. Daar waar zij ging ontstond
ruimte; daar waar zij brandde ontstond licht; daar waar zij licht gaf
ontstond tijd. Uit het niets maakte zij het iets. Daar waar het iets zich
samenbalde ontstond materie; uit de materie ontstonden de miljoenen
sterrenstelsels die sindsdien voortgejaagd worden op de kracht van de
oeruitbarsting, verder van de oerkern af - en die, al verder gaande, de
wereld maken, het heelal. Buiten de grenzen van hun voortgang bestaat nog
steeds; niet iets - niets. |
TREFWOORD < RUIMTE> |
|
|