LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

      I TJING 

  ZWERVEN  

In het boek “De Alchemist” van Paulo Coelho zie ik hoe de hoofdfiguur op zoek is naar een schat.

Hij reist daarvoor naar de piramiden van Egypte en hij komt tot de ontdekking dat de schat begraven ligt naast de kerk van zijn dorp.

Hij dus terug naar af.  

Zo zie ik mijn eigen reis.

Het katholieke geloof liet ik schijnbaar achter me.

Ik werd getrokken naar het taoïsme en het boeddhisme.

Ik las boek na boek, volgde lezing op lezing, en ik was erg geïnteresseerd in het lamaïsme, het zenboeddhisme, in tai-chi en in yoga.

Via Danny, een goeie vriend, kom ik in aanraking met de I Tjing, het boek der veranderingen.

Ik ben van dan af aan gefascineerd door China.

Ik heb het zo te pakken dat ik alle meubelen het huis uitkieper en op de grond leef, eet, vrij en studeer.

Ik gebruik stokjes om te eten en de kleuren in huis zijn hoofdzakelijk rood. Zo erg kan iemand zichzelf verliezen, en datgene nabootsen wat men niet is, om zichzelf te vinden.  

In de vertaling van de I Tjing van Richard Wilhelm vind ik een voorwoord dat door Carl Gustav Jung is geschreven.

Dit raakt mij diep.

Ik ben eensklaps een freak van Jung.

Alles wat in het Nederlands over Jung is verschenen, verslind ik, als een ziekelijk monster dat op zoek is naar volmaakte bevrediging.

Ik kom in aanraking met de alchemie.

Ik leer over droomduiding, analytische psychologie, hoe overdracht werkt, de macht van projecties, over archetypen en synchroniciteit.

Een magische wereld gaat open, een wereld die evenwel in mijn omgeving zo erg met de realiteit overeenstemt dat ik verder moet gaan.

Ik hoor voor het eerst over het begrip “gnosis” en ik verken vervolgens de antieke wereld van Antiochië, Alexandrië en ik maak kennis met de ideeën van het hermetisme.

Ik leer over Nag Hammadi en de apocriefe evangeliën, waar nu een Jezus op het toneel verschijnt die anders is dan in de evangeliën die enkel door de katholieke sekte zijn erkend.

Ik leer een Jezus kennen die “Maria Magdalena op de mond kust”, een Jezus die spreekt in “koantaal”, in orakeltaal, en die ons aanraadt: “wees voorbijgangers!”.

Ik ben terug aan af, na enkele jaren geestelijk rei-zen.    

Ik kom bij mijn dorpskerk en vind diep onder de fundamenten een schat.

En met het nieuwe beeld van Jezus ontstaat een nieuwe kijk op alle leermeesters van vroeger.

Ik zie hen als mensenzonen en –dochters die wij allen zijn, die hun levensdoel vorm hebben gegeven op hun eigen unieke manier.

Ik zie God, Allah, Jezus, Mohammed, Boeddha, Khrisna, Brahman, enz. anders, geheel anders, net zoals ik oost en west nu anders zie, als verschijningsflitsen van één en hetzelfde fenomeen, als diverse Namen van het Naamloze, van het Mysterie dat het Goddelijke Is, als delen van het Ene Grote Geheel, van het Hele Al (Heelal), van HET.