|
KRISHNAMURTI: TOESPRAKEN MET GEDACHTENWISSELING VRIJ STAAN VAN GELOVEN OF NIET-GELOVEN Als we zeggen, dat het onmogelijk is
dat zulk een werkelijkheid bestaat, of als we zeggen dat het de mens onmogelijk is die
werkelijkheid tegen te komen, dan versperren we ons in beide gevallen de weg. Als u zegt: 'ik twijfel of die
werkelijkheid wel bestaat, of als we zeggen dat het de mens onmogelijk is die
werkelijkheid tegen te komen, dan versperren we ons in beide gevallen de weg. Als u zegt: 'ik twijfel of die werkelijkheid wel bestaat', dan heeft u zichzelf al belet nauwkeurig toe te zien, te kijken en waar te nemen. Maar als u vooruit al zegt: 'natuurlijk bestaat die', belet u zichzelf evenzeer te kijken en te onderzoeken en dat lieflijke tegen te komen. Zowel het aanvaarden als het
ontkennen betekent, dat we onszelf de weg versperren. Wat nodig is, is de vrijheid van
beide - het is noodzakelijk vrij te zijn van een geloof, van het geloof dat God zou
bestaan, een werkelijkheid, iets geweldigs en onmetelijks, waarvan sommige misleide
heiligen of leraren hebben gezegd dat het inderdaad bestaat.
Zodra we zeggen 'het bestaat', is het
er niet; zodra u zegt 'ik weet', weet u niet. Het enige wat u kunt doen is vrij
staan van geloven of niet geloven, zodat de geest in staat is vrij te zijn, vrij om te
observeren en waar te nemen. U moet dus eerst deze vraag onder de
loep nemen, die de mens duizenden jaren heeft gesteld - want hij heeft gevraagd: 'is het
leven dan niets anders dan een enkele flits van vreugde? Is het leven dan altijd geweld en
brute grofheid? Er moet toch iets anders bestaan. En dat vragende is hij verstrikt
geraakt in verbeeldingen, in een fantasie, gewrocht door zijn eigen geconditioneerdheid,
de door hemzelf ondervonden beïnvloeding. Om dus te ontdekken of er iets
dergelijks onvergankelijks, dat niet in woorden te vangen is, bestaat, moeten we eerst
vrij zijn van iedere vorm van religie, moeten we dus vrij staan van alle religieuze
organisaties. Dat is blijkbaar voor de mens een van
de allermoeilijkste dingen: te komen tot de volstrekte afwezigheid van enig geloof in wat
dan ook; en dat niet uit cynisme of uit wanhoop.
Maar we kunnen zien, hoe door 2000
jaar volgehouden propaganda in het Westen en misschien 5000 of meer jaren in het Oosten,
de mens geconditioneerd en gedresseerd is om te geloven; bijvoorbeeld in en heiland, in
dogma's en in een bepaalde kerk; gedresseerd is om te aanvaarden wat die bieden. En zodra u aanvaart is er geweld in
u; wanneer u gehoorzaamheid schept u daardoor agressie. En we zien hoe dit gebeurt, hoe de
hele wereld verdeeld is, niet alleen in verschillende naties maar ook in religieuze
stromingen en groepen: de Christenen, de Hindoe, de Boeddhisten, de Moslim, ieder met zijn
eigen dogma's, ieder met zijn eigen riten, zijn eigen geloven, met al zijn eigen onzin. Wanneer u gelooft, bent u daardoor tegen een ander geloof en scheidt u zich daarvan af; en alle scheiding doet vijandigheid ontstaan. Natuurlijk geeft u voor verdraagzaam
te zijn, maar dat is een intellectuele prestatie, die in werkelijkheid geen hout snijdt. Een mens dus, die in staat zou willen
zijn die werkelijkheid te vinden, of niet te vinden, moet daarvoor volledig vrij staan.
Diep in zichzelf, psychologisch moet
hij vrij zijn - vrij van de invloeden van de wereld, van de propaganda's, van de symbolen,
van het woord. Want wanneer u gelooft, ligt er achter dat geloof vrees verborgen. Geloof is voor een vrije geest niet
nodig en alleen in vrijheid kunnen we zien, kunnen we een politiek stelsel of een artikel
in de krant objectief en aandachtig bezien - alleen dan kunt u luisteren naar de
toespraak, die u nu hoort - u moet daarvoor de vrijheid hebben om te luisteren. Wanneer u niet vrij staat, neemt u
het zonder meer aan of wijst u het af. Maar als u het zonder meer aanneemt,
wat voor waarde heeft dat dan nog? Of wanneer u wat u hoort van de hand
wijst, wat is dan de waarde daarvan? Of wanneer u echter vrij bent, d.w.z. van vooroordeel, vrij van eigen gevolgtrekkingen en dogma's, van uw eigen vooroordelen, vrij van uw speciale opgedane ervaringen en uw kennis, dan bent u in staat om te luisteren, dan bent u in staat om waar te nemen.
|