|
MAHARISHI: DE WEG TOT HET ZELF ZELFINZICHT Zelf-inzicht is iets makkelijks - het
makkelijkst van al. Het Zelf is iets, dat volkomen
wezenlijk is - ook voor de eenvoudige mens. Men zou kunnen zeggen: een vrucht in
de geopende hand is daarmee vergeleken bedrog. Het Zelf, dat als een zon in 't hart
straalt, is werkelijk en aldoordringend. Het openbaart zich zodra foutieve
voorstellingen vervliegen en er geen vlekje blijft.
Want deze voorstellingen zijn er de
oorzaak van, dat er gewaande gestalten ontstaan: wereld en ik, die even werkelijk lijken
als het Zelf, dat werkelijk voortduurt, onveranderlijk en waar. Wanneer het Zelf helder oplicht, dan
verdwijnt het duister. Het leed vergaat en slechts de
verrukking blijft. De voorstelling 'ik ben het lichaam'
is de draad, waaraan allerhande voorstellingen als paarlen zijn geregen. Daalt ge evenwel diep in Uzelf af
door te vragen: 'wie ben ik en waar vandaan?' Dan verdwijnen de voorstellingen.
Dan breekt de kennis van het Zelf in
het midden van het hart stralend open als 'IK-IK'. Dat is de hemel, de stilte, het oord
van verrukking. Wat geeft het, van alles en nog wat
te weten, doch het Zelf niet te ervaren? Wat blijft voor hem, die het Zelf ervaren heeft, nog te ervaren over? Hij, die in zichzelf het Zelf als
wezenlijk beleeft, als de Enige uit zichzelf lichtende Ene, temidden van myriaden van
Zelven, wordt van binnen uit door het licht van het Zelf doorstraald. Dat is het werkelijke ontvouwen van
genade, het einde van het ik en het begin van de hoogste extase. Om zich los te maken van de banden
van het noodlot en al wat daarmee samenhangt en zich te bevrijden van de gruwelijke
kringloop door geboorten en dood heen, is dit pad onvergelijkelijk makkelijker dan andere. Wees daarom volkomen rustig en gebied
Uw tong, Uw manas en Uw lichamen te zwijgen. Dan zal het uit zichzelf stralende in U opengaan. Dat is de hoogste beleving. Alle vrees verdwijnt. Dat is de oeverloze zee van volledige
verrukking. 'Annamalai', het onbestijgbare
gebergte, het Ene Generzijdse in ons, is dat oog achter het oog van zijn manas.
Het neemt het oog en alle zintuigen
waar, die hunnerzijds het firmament verlichten en alle elementen in het rond. Het is het geestelijk firmament,
waarvoor het firmament van het manas vorm aanneemt. Het straalt binnen het hart, dat
ontdaan is van iedere opwelling en gedachte en blijft voor de gestadige, rustende blik
naar binnen als HET. Zelf-lichtend straalt Annamalai, doch
voor alles is de genade des Meesters nodig. Geef U dus gelovig over aan het Zelf, en zaligheid zal Uw deel zijn.
|