LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

      MYSTIEK     

  PAULUS VAN TARSOS  

Paulus was een jood geboren buiten Palestina in de cultuurstad Tarsos, beïnvloed door het stoïcijnse klimaat van zijn stad en in Jeruzalem opgevoed in het orthodoxe rabbinisme.

Hij stond open voor de hellenistische cultuur en meende dat men zich moest invoegen zonder eigenheid te verliezen.

'Onderzoekt alles op zijn waarde en behoudt het goede.'

Hij was een extatisch mysticus.

Zelf beschrijft hij hoe 'naar de derde hemel weggevoerd' werd, 'in het paradijs opgenomen' waar hij 'onuitsprekelijke woorden hoorde die een mens niet kan nazeggen'.

Deze mystieke ervaring herinnert hij zich nog nauwkeurig: 'Veertien jaar geleden.'

Telkens opnieuw beroept hij zich echter op een andere extatische ervaring, die een ommekeer betekende in zijn leven.

Op weg naar Damascus werd hij overvallen door een 'licht uit de hemel dat de glans van de zon overtrof'.

Het bliksemde hem letterlijk neer en maakte hem blind.

Het duurde drie dagen voor hij weer tot zichzelf gekomen was.

Hij hoorde de stem van Jezus.

Enige tijd daarna herhaalde zich hetzelfde, maar nu minder heftig, terwijl hij aan het bidden was in de tempel van Jeruzalem.

Het gaf hem inzicht in wat Jezus kon betekenen en hoe hij zich voor hem kon inzetten.

Van extatische ervaringen waarbij onverstaanbare klanken uitgestoten werden, had hij een niet al te hoge pet.

Tegen de christenen van Korinthe die 'hunkerden' naar deze extases zegt hij dat hij meer talent voor extases heeft 'dan gij allen'.

Hij is er niet op tegen maar het moet wel binnen de groep van enig nut zijn en geordend: 'Ieder op zijn beurt' en met een tolk.

niet, dan moeten zij hun mond houden.

Voor de 'niet-ingewijden' lijkt het anders alsof ze 'waanzinnig geworden zijn.

Hij merkt over zichzelf nog op dat hij niet veel te betekenen zou hebben als hij 'niet ook vanuit kennis (gnosis) aan hem geopenbaard' een duidelijke boodschap kon verkondigen.

Die boodschap is inderdaad duidelijk.

Hij heeft een uitgesproken beeld van de mensheid, de geschiedenis en de kosmos, en van de plaats die Jezus en de 'nieuwe mens' met hem hierin hebben.

Jezus is de eerste van een nieuwe generatie mensen.

'De eerstgeborene onder vele broeders.'

Hij is als zodanig een Gezalfde (Christus) die het mensdom tot 'zijn lichaam' maakt.

Hij is tegelijkertijd ook de Heer (Kyrios) van de geschiedenis, hoog tronend boven allen en alles uit naast de Vader.

Niet alleen de mensheid, ook de kosmos was in zijn visie aangetast door de zonde van Adam.

Deze corruptie is volgens hem zo totaal dat niets in het mensdom of in de kosmos hieruit iets zou kunnen verlossen.

Dit is dan nu gebeurd door de Christus, uit de hemel neergedaald en er weer naar teruggekeerd, geboren uit een vrouw en de diepste vernedering van een kruisdood ondergaand, aldus uit de zonde verlossend door 'zelf vloek te worden'.

Hierdoor is de hele wereld in principe verlost.

Deze verlossing zal voltooid worden als Hij wederkomt.

Dit zal spoedig gebeuren.

In afwachting daarvan moet men 'de oude mens' afleggen en 'een nieuwe aantrekken', met andere woorden: een nieuw type mens worden, levend 'in Christus'.

Door dit inzicht werd Paulus een gedrevene.

In korte tijd wilde hij de toenmalige wereld bekeren.

Hij brak in het jaar 49 met het nationale karakter van het jodendom, trok de steden langs in het grote rijk, organiseerde daar christelijke gemeenten, en wilde iedereen bereiken.

Voor Christus waren allen gelijk: man en vrouw, slaaf en meester, Griek en jood.

De enige grens was de bereidheid om in Christus te geloven.

Waarom niet ieder dit deed, was voor Paulus een geheim in God verborgen.

Hij werd door joden die vasthielden aan hun wetten vaak aangevallen, met de dood bedreigd, tenslotte in Jeruzalem gevangen genomen.

Hij werd van daaruit naar Rome getransporteerd.

Waarschijnlijk is hij hier in 64 onthoofd.

De leefwijze 'in Christus', zoals Paulus die in zijn brieven predikt, heeft een mystiek karakter.

Het gaat om het omvormingsproces van een 'vleselijk' leven naar een 'geestelijk' leven.

Niet in de gnostische zin, alsof het lichaam slecht zou zijn en men zich hiervan moet bevrijden, maar in de betekenis van: een bestaanswijze aan zichzelf gebonden, tegenovergesteld aan die welke vrij is van de zelfzucht.

Zij die Christus toebehoren hebben hun zelfzucht met haar hartstochten en begeerten gekruisigd... leeft naar de geest dan zult ge de begeerten van de zelfzucht niet volvoeren.

De zelfzucht begeert tegen de Geest en de Geest tegen de zelfzucht.

Hij spreekt over Christus als de Geest.

Over 'in de Geest' in de zin van: 'Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.'

En over Gods liefde die 'in ons is uitgestort door de Heilige Geest die ons werd geschonken'.

En ook over 'omvorming in het beeld van Christus'.

Over Christus die 'in jullie vorm heeft gekregen'.

Over 'de nieuwe mens die zich vernieuwt tot echte ervaring naar het beeld van wie hem geschapen heeft... Daar is alleen Christus alles in allen.'

Paulus gebruikt ook termen ontleend aan de mysteriënculten: 'ingewijd', 'geheim', 'inzicht'.

Een christen wordt inzicht geschonken:

Ons allen is het gegeven met omhuld gelaat de glorie van de Heer te aanschouwen en herschapen te worden tot steeds heerlijker gelijkenis met Hem.

Zo werkt de Heer die Geest is.

Anders dan de gnostici verstaat Paulus 'inzicht' niet als iets wat de mens in zichzelf vindt.

Het wordt geschonken door 'geloof' in de zin van 'vertrouwen'.

Men ruilt vertrouwen in zichzelf in voor vertrouwen op God.

Ook is inzicht niet bepalend voor de levenshouding.

Kern van de moraal is liefde: 'Wie zijn naaste liefheeft, heeft de wet vervuld.'

Dit aspect werd ook door Jezus' vriend, de apostel Johannes, centraal gesteld in zijn brieven en zijn evangelie.

Ook bij hem is een mystieke taal te proeven.

God is liefde.

En wie in de liefde blijft, blijft in God en God in hem.

Want de liefde is uit God en wie liefheeft is uit God geboren en kent God.

Wie niet liefheeft, kent God niet.

Want God is liefde.

In zijn evangelie laat hij Jezus zeggen:

Zo iemand mij liefheeft, zal hij mijn woord onderhoeden.

Dan zal mijn Vader ook hem beminnen en wij zullen tot hem komen en ons verblijf bij hen nemen...

Wie mij heeft gezien, heeft de Vader gezien... het is dezelfde Vader die in mij blijft en die werken verricht.

Gelooft het van mij: Ik ben in de Vader en de Vader is in mij.

Zo niet, gelooft het dan op grond van wat ik doe.

Dergelijke teksten en vooral beelden als inwoning-van-God-in-ons en uit-God-geboren-worden lenen zich bij uitstek voor het verwoorden van mystieke ervaringen.

Dit is dan ook gebeurd.

Zij verschillen echter van hem in zover ze nogal sterk hellenistisch denken.

Hun visie op het leven is pessimistisch: een tragisch tijdelijk bestaan op aarde, in een wereld en kosmos die grondig corrupt zijn.

Hun wereldbeeld is verticaal.

Jezus daalt af naar beneden, tot in het onderste van de aarde, en stijgt weer omhoog, hoog boven alle hemelse wezens uit tot bij de Troon van God.

De hoogste wereld is Licht, de aardse is Duisternis.

Het Licht werd vlees maar de Duisternis nam het niet op.

In deze voorstellingswereld bloeide ook de gnostiek op.

Paulus en zeker Johannes hebben hier al mee te maken gehad.

Zij wijzen een gnosis die boven liefde gesteld wordt af.

En ook ideeën als zou Christus niet echt vlees geworden zijn, omdat vlees slecht is.

Toch heeft het lang voordat christendom en gnostiek uit elkaar gingen.

Het gnostische antwoord op levensvragen was ook voor christenen te belangrijk.

Hoezeer ook bestreden, telkens duikt dit antwoord weer op.

Het gaat om de mystieke ader van het christendom.

Een niet zorgvuldig formuleren hiervan heeft de kerkelijke leiding blijkbaar steeds als levensgevaarlijk voor de kerk gezien.

    

 

``