LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

      NIETZSCHE: DE ANTICHRIST

   CHRISTELIJKE SLIMMIGHEDEN  

Het Boeddhisme is honderd maal koeler, waarachtiger en objectiever.

Het heeft geen behoefte meer aan zijn lijden, zijn vermogen tot pijn lijden behoorlijk te maken door middel van de interpretatie 'zonde' - het zegt gewoon wat het denkt, 'ik lijd'.

Voor de barbaar daarentegen is lijden op zich zelf allerminst behoorlijk: hij heeft eerst een verklaring nodig voordat hij toegeeft dat hij lijdt (zijn instinct zet hem veeleer aan tot de verloochening van het lijden, tot stille lijdzaamheid).

Hier kwam het woord 'duivel' als een weldaad: men had nu een oppermachtige en vreselijke vijand - er was geen reden meer om je te schamen als een dergelijke vijand je deed lijden.

Aan het christendom liggen enige verfijningen ten grondslag die bij het Oosten horen.

Allereerst weet het dat het op zichzelf volkomen onbelangrijk is of iets waar is, maar van het hoogste belang in hoeverre geloofd wordt dat het waar is.

De waarheid en het geloof dat iets waar is: twee volkomen uiteenlopende interesse-werelden, haast tegengestelde werelden - beide zijn slechts bereikbaar via fundamenteel verschillende wegen.

Hierin ingewijd te zijn - dat maakt in het Oosten bijna de wijsheid uit: zo zien de brahmanen het, zo ziet Plato het, zo denkt elke leerling der esoterische wijsheid erover.

Als het bijvoorbeeld gelukkig stemt te geloven dat je van de zonde verlost bent, dan is daarvoor niet onvoorwaardelijk nodig dat de mens zondig is, maar alleen dat hij zich zondig voelt.

Als er echter allereerst behoefte is aan geloof, dan moeten rede, inzicht en onderzoek in diskrediet gebracht worden: de weg naar de waarheid wordt de verboden weg.

Vurige hoop is een veel grotere levensstimulans dan wat voor incidenteel werkelijk voorkomen geluk ook.

Lijdende mensen moet je overeind houden door middel van een hoop die door geen werkelijkheid weerlegd kan worden - die nooit in vervulling gaat en dus nooit afgedaan wordt: hoop op een hiernamaals.

(Juist vanwege dit vermogen ongelukkigen aan het lijntje te houden werd de hoop bij de Grieken beschouwd als het ergste kwaad van allemaal, als het bij uitstek venijnige kwaad: Het bleef in het vat der plagen achter.

Om liefde mogelijk te maken, moet god een persoon zijn; om de laagste instincten gelegenheid te geven ook een duit in het zakje te doen, moet god jong zijn.

Ten behoeve van de hete inborst der vrouwen moet je een knappe heilige laten opdraven, ten behoeve van die der mannen een Maria.

Dit onder de voorwaarde dat het christendom zijn heerschappij wil vestigen op een bodem war het begrip cultus reeds bepaald is door de cultus van Aphrodite of Adonis.

Het gebod van de kuisheid versterkt vehementie en innerlijkheid van het religieuze instinct - het maakt de cultus warmer, dweperiger, bezielder.

De liefde is de toestand waarin de mens de dingen het meest ziet zoals ze niet zijn.

Hier vindt de illusionerende impuls zijn hoogtepunt, evenals de zoethoudende, de verheerlijkende impuls.

In de liefde verdraag je meer dan anders, je duldt alles.

Het was zaak een religie te bedenken waarin men lief kon hebben: dan zou men wat het leven betreft het ergste achter de rug hebben - het niet eens meer zien.

Tot zover de drie christelijke slimmigheden.

Het boeddhisme is te laat, en bovendien te positivistisch, om nog langer in deze zin slim te zijn.

🧠 Kernpunten uit Nietzsche's kritiek op het christendom

  • Vergelijking met boeddhisme Het boeddhisme wordt geprezen als koeler, waarachtiger en objectiever dan het christendom. Boeddhisten erkennen lijden direct, terwijl christenen het lijden interpreteren als gevolg van zonde.

  • De rol van geloof boven waarheid Nietzsche stelt dat het christendom zich niet richt op wat waar is, maar op wat geloofd wordt als waar. Dit maakt geloof belangrijker dan rede of onderzoek.

  • Hoop als instrument van controle Christendom biedt hoop op een hiernamaals als troost voor lijdenden. Nietzsche ziet dit als een manier om ongelukkigen aan het lijntje te houden, vergelijkbaar met hoe de Grieken hoop als het ergste kwaad beschouwden.

  • God als persoon en cultusvorming Om liefde mogelijk te maken, moet God een persoon zijn. Religieuze cultus wordt versterkt door elementen als kuisheid, jeugdige heiligen en vrouwelijke iconen zoals Maria, die inspelen op menselijke instincten.

  • Liefde als illusie Liefde wordt beschreven als een toestand waarin de mens de dingen ziet zoals ze niet zijn. Het is een verheerlijkende en illusionerende impuls die helpt om het leven te verdragen.

  • Slotgedachte Nietzsche noemt deze mechanismen “christelijke slimmigheden” – strategieën om het geloof aantrekkelijk en houdbaar te maken. Hij stelt dat het boeddhisme te laat komt en te positief is om nog op deze manier “slim” te zijn.