|
OSHO: GEEN WATER GEEN MAAN
HET LAATSTE OORDEEL 01-01-1000 Christus had je verlosser kunnen
worden, maar je gaf hem er geen kans voor. De joden kruisigden hem en jij hebt
hem in jullie kerken opgezet. Nu is hij iets doods. Goed om te vereren, goed om te
bezitten, maar hoe kan een dode Christus je ooit transformeren? En de priesters weten dat maar al te
goed. Daarom ben ik nog nooit een gelovige
priester tegengekomen. Diep van binnen zijn priesters altijd
ongelovig omdat zij de hele zaak doorhebben: zij weten dat deze Christus dood is. Als zij hem aanbidden, is dat slechts een gebaar, uiterlijk vertoon.
Op 31 december 999 ging een gerucht -
onder de christelijke gemeenten in de hele wereld - en dat is historisch - dat op 1
januari de laatste dag zou aanbreken. Op 1 januari van het jaar 1000. Het laatste oordeel was aangebroken,
de wereld zou vergaan en iedereen zou voor het aangezicht van God moeten verschijnen. Dus sloten de christenen over de hele
wereld op 31 december 999 hun winkels, hun kantoren, de mensen deelden zelfs hun
bezittingen uit, omdat er op 1 januari toch geen wereld meer zou zijn. Ze kusten en omhelsden elkaar en
zelfs hun vijanden werd om vergiffenis gevraagd. Die avond was er een totaal andere
wereld. Alles ging dicht omdat er de volgende
morgen geen toekomst meer zou zijn. Waarom dan vijanden gebleven? Waarom niet liefhebben? Waarom niet genieten? De mensen vierden feest - de laatste
dag zou aanbreken. Over de hele wereld sloten de
christenen alles af. Alleen de kantoren van het Vaticaan
in Rome bleven open omdat de paus en zijn priesters best wisten dat het niet zou gebeuren. Het was maar bijgeloof. Zij hadden het zelf in het leven
geroepen! De paus deelde dan ook niets uit. Priesters zijn op de hoogte. Zij weten dat Christus dood is en dat
jij een dwaas bent. Je bidt tot iets levenloos, maar dat
kunnen ze je niet vertellen, omdat het beroepsgeheim is. En alleen op die manier is uitbuiting
mogelijk. Het is ook in hun belang, want als
Christus leeft, dan kunnen zij zijn vertegenwoordigers niet zijn. Een levende Christus zal rechtstreeks
bij je komen. Hij zal geen tussenpersoon, geen makelaar dulden. Hij zal het niet toestaan!
Christus zal geen priester de kans
geven tussen hem en de geliefde te gaan staan. Hij zal rechtstreeks bij je komen. Een levende Christus is dus
gevaarlijk voor priesters. Alleen een dode Christus is oké. Priesters houden niet van een levende
Mahavir. Ze houden niet van een levende
Boeddha, tegen Krishna, ze zijn altijd tegen hem zolang hij leeft. Als hij dood is komen ze onmiddellijk
tevoorschijn, slaan aan het organiseren, bouwen een tempel en gaan je uitbuiten. Priesters zijn tegen Mahavir, tegen Boeddha, tegen Krishna; zij weten echter dat zij hun namen kunnen gebruiken direct als ze dood zijn.
|