|
OVERIGE: HET CHRISTENDOM EEN WOLK VOOR DE ZON
BEWUSTZIJN IS DE EEUWIGE RELATIE TUSSEN SUBJECT EN OBJECT 'God heeft zichzelf met
geestelijke liefde oneindig lief.' (Spinoza) 'God beminnen is hetzelfde als: uw
naaste beminnen...' (Jezus) Het essentiële van het christelijke
godsbegrip is: God is liefde! Wat moet men daaronder nu wel
verstaan? 'In al haar verschijningsvormen is de
liefde niets anders, en niets minder, dan het min of meer zichtbare teken, dat in het
binnenste van het deel 'de psychische convergentie van het 'heelal' naar zichzelf
aanduidt'. (Teilhard de Chardin)
Liefde is,
uiteraard, een relatie tussen twee termen, een gevoel van samenhang dat groeit op
de voedingsbodem van de gemeenschappelijke geest. God, gedacht als liefde, is de alles
in allen werkende, de alle dingen bindende, de universele relatie tussen de openbaring en
het geopenbaarde, tussen het uiterlijke en het innerlijke. Liefde is steeds: liefde tot iets!
Liefde moet een object van liefde
hebben. God kan niet met scheppen begonnen
zijn uit liefde tot iets dat nog niet bestond, dus niet - zoals de kerkleer dat wil - om
een, nog niet bestaande, mens zijn liefde te tonen. Gods liefde kan voor het begin
der schepping alleen maar bestaan hebben ten opzichte van iets dat er toen al was, dus: a:
ten opzichte van zichzelf en b: ten opzichte van zijn Idee! Omdat de Idee - sprekend met Philo -
haar vaderland heeft in de Logos, het universele denkvermogen waarin ze ontstond, kan God
niets liefhebben buiten zichzelf. Gods liefde is niets anders dan de scheppende
kracht die van alle dingen het licht en het leven is!
Gods liefde is de eeuwige relatie
tussen subject en object, die bewust-zijn schept. Een God die ongeopenbaard zou zijn
gebleven, zou onbewust zijn gebleven: een dode God! God kent zichzelf in de openbaring,
hij heeft - in de woorden van Rumi - de wereld nodig om zijn eigen wezen eraan
weerspiegeld te zien. Het denken heeft alleen maar zin als
een denken-aan-iets-anders: het onbewuste komt tot bewust-zijn-van-zich-zelf, tot
zelfbewustzijn, door zich bewust te worden van iets anders. 'Men is niet alleen in zijn bewustzijn; de macrokosmische werkelijkheid begrijpt zichzelve in de microkosmos.' (Bolland)
|