|
SAI BABA: OVER DE BHAGAVAD GITA
OVERGAVE - TRANSFORMATIE VAN MENS TOT GOD De macht van God is oneindig en
onbegrensd. De enorme verscheidenheid die je ziet
wanneer je kijkt naar het heelal, is allemaal het gevolg van maya of illusie. Het grofstoffelijk aspect van het
universum zoals dat zichtbaar is voor het menselijk oog, is maar een heel klein gedeelte
van de oneindige macht van de Heer. Alle werelden kunnen door een klein deel van Gods voet worden bedekt. Het is onmogelijk de grootheid van de
Heer te vatten. Hij doordringt het hele universum,
het grofstoffelijke en het subtiele; er bestaat geen plaats waar Hij niet is. De wereld is de belichaming van God.
Je moet enige moeite doen om het
principe waarop de wereld berust, te begrijpen. De maan bevindt zich op een afstand van 100.000 mijlen van de aarde. De zon is vele tientallen miljoenen
mijlen verwijderd. Zelfs de dichtstbijzijnde ster staat
vele miljoenen mijlen ver weg; en daaraan voorbij, in het uiterste bereik van het
zichtbare heelal, bevinden zich sterren die nog miljarden keren verder weg zijn. Dit grofstoffelijke aspect van het
universum, in het Sanskriet het bhutakasha, dat naar onze opvatting zo enorm uitgestrekt
is, is slechts het allerkleinste deel van het fijnestoffelijke of mentale aspect van het
universum, het chittakasha. In dit fijnestoffelijke universum of
chittakasha is dat hele reusachtige stoffelijke universum slechts als een atoom. Maar het fijnestoffelijk of subtiele
universum, dat zo onbeschrijfelijk groot is in vergelijking met het stoffelijk universum,
is zelf slechts een microscopisch klein gedeelte van een veel uitgestrekter aspect van het
universum, dat kan worden omschreven als het causale of oorzakelijk universum, het
chidakasha. Het wordt zo genoemd, omdat de grof-
en fijnestoffelijke werelden uit dit fijnste aspect van het universum ontstaan.
Al deze drie werelden, de
grofstoffelijke, de fijnstoffelijke of mentale en de causale, zijn zo enorm groot dat de
geschriften hebben verklaard, dat zij onmogelijk door de menselijke geest kunnen worden
begrepen of in woorden uitgebeeld. Zij gaan elke verbeelding te boven. Het denken kan het niet vatten. En toch bevindt zich achter al deze
werelden het goddelijke principe, dat het grofstoffelijke, het fijnestoffelijke en het
causale te boven gaat. Dit goddelijke principe is de
uiteindelijke oorzaak van alles (het mahakarana). God staat boven het grofstoffelijke,
het fijnestoffelijke en het causale en toch regeert Hij als de Heer over al deze werelden. Hij is de meester van de tijd, van
het verleden, het heden en de toekomst. Menselijke wezens hebben beperkte
capaciteiten gekregen en je zult ontdekken dat jij dit goddelijke principe niet kunt
begrijpen. Het gemakkelijkste pad dat je kunt
volgen is daarom bhakti yoga, het pad van de devotie. Toen Krishna deze yoga aan Arjuna
onderwees, deed hij het in drie stappen.
De tweede stap is: alleen ter wille
van Mij! (Matparamo) Tot nu toe heb je alleen nog maar aan
jezelf gedacht. Maar wie ben je? Krishna zei: 'Ik ben het Die in jou
Mijn Licht laat schijnen.' Dit woord 'IK' behoort niet bij het
lichaam. Het komt voort uit het hogere Zelf,
uit het Atma. Dit 'IK' moet niet met het lichaam of met het denken of met een ander aspect van het individu, want het gaat al deze beperkingen te boven. Het heeft alleen betrekking op het
onbegrensde Atma. Als je beperkte zelf zich met dit
'IK' heeft verbonden, is het slechts een weerspiegeling van het ene Atma. Wat je ook hebt gedaan, het was
alleen om aan het verlangen van het Atma te voldoen. Omdat je deze heilige waarheid niet hebt beseft, ben je in de greep geraakt van de zinsbegoocheling en je hebt je erdoor laten meeslepen. Krishna zei tegen Arjuna: 'Wat je ook
doet, doe het ter wille van Mij, voor Mijn genoegen. Doe alles ten behoeve van Mij. Handel als Mijn werktuig. Besef dat alles wat je doet alleen
ter wille van Mij is.' Dit 'Mij' of 'IK' heeft betrekking op
het Atma. De derde stap is: wees slechts aan
Mij toegewijd! (Matbhaktaha) Je moet het innerlijke geheim van
deze richtlijn begrijpen. Devotie is de uitdrukking van liefde. Het gevoel dat liefde wordt genoemd,
komt voort uit het Atma. Liefde is synoniem met Atma. Liefde heeft helemaal niets te maken
met aardse gevoelens en wereldse zaken.
Zij kent geen scheiding tussen 'van
jou' en 'van mij'. Liefde, slechts een ander woord voor
devotie, is de ware naam van het Atma. Dit principe van liefde, dat
voortkomt uit de kern van het hart, moet elke handeling, elk woord en elke gedachte
doordrenken. Dat zal gebeuren als je eraan denkt
dat alles wat je doet, zegt of denkt, slechts gebeurt voor de genoegdoening van God. In de waaktoestand kun je denken dat
je alles doet ter wille van je lichaam en je geest. Maar in de toestand van diepe slaap
ben je je van je lichaam en je geest niet bewust. Ter wille van wie geniet je de rust
en de vrede van de slaap? Het is ter wille van het Atma. Slapen, eten, al de verschillende
handelingen in het dagelijkse leven, worden alleen verricht uit liefde voor het 'IK'. Jullie denken dat het voor jezelf is, maar dat 'IK' kom in werkelijkheid voort uit het Atma en is daaraan volkomen gelijk.
|