LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

      SAI BABA: PREMA VAHINI      

  TOEWIJDING EN WIJSHEID  

Er is geen onderscheid tussen toewijding en wijsheid.

Zoals God een vorm en eigenschappen tenslotte vormloos wordt, zo gaat ook toewijding over in wijsheid.

Voor mij zijn werk (karma), toewijding en wijsheid niet te scheiden.

Ik wil zelfs niet aan één van deze een eerste, tweede of derde plaats toekennen.

Ik aanvaard niet dat de drie een mengsel kunnen zijn of samengevoegd kunnen worden.

Werk is toewijding en toewijding is wijsheid.

Een stuk boterkoek is zoet en heeft gewicht en vorm.

Die drie kunnen niet van elkaar worden gescheiden.

Elk stukje ervan is zoet en heeft gewicht en een vorm.

We vinden nooit een stuk met een vorm, een ander stuk met gewicht en een derde stuk dat zoet is.

En eenmaal op de tong gebracht, wordt de smaak herkend, neemt het gewicht af en verandert de vorm, en dat alles tegelijkertijd.

Net zo zijn het individu (jiva), het goddelijk Zelf (Atma) en het universele Zelf (Paramatma) niet te scheiden; zij zijn een en dezelfde.

Iedere afzonderlijke daad moet daarom vervuld zijn van de geest van dienstbaarheid (seva), van liefde (prema) en van wijsheid (jnana).

Met andere woorden, om wat voor activiteit het ook gaat, zij moet altijd verzadigd zijn van het besef van plicht (karma), van toewijding  en van wijsheid.

Dan is er echte verbondenheid met de universele Geest.

Het is geen kwestie van woorden, maar van doen.

Zonder ophouden moet men zich wijden aan geestelijke discipline, met een steeds ruimer wordend hart dat vervuld is van toewijding en wijsheid.

De zoetheid van de nectar van Gods naam is de bekoring van het leven.

De innerlijke vreugde die ontspringt uit de Naam is verwant aan de uiterlijke vreugde van het leven in de wereld.

Wanneer men een activiteit verricht als een offer aan God, worden het goede, het hogere goed en het hoogste goed (paramartha) één.

Ik en jij worden eerst wij.

Vervolgens worden wij en Hij gelijk aan elkaar.

De individuele ziel (jiva) moet eerst haar eenheid met 'jij", dat is de schepping (prakrithi), verwerkelijken, en dan één worden met "Hij", de universele Geest (Paramatma).

Dat is nu precies de betekenis van de mantra "Om Tat Sat": dit alles is God.

Om Tat Sat is, was en zal zijn, vandaag, gisteren en morgen.

"Hij" en "ik" zijn er altijd.

Om Tat Sat is, was en zal zijn, vandaag, gisteren en morgen. "Hij" en "ik" zijn er altijd.