|
GESPREKKEN MET KRISHNAMURTI ASSOCIATIE MET HET VERLEDEN Alle theologisch denken komt voort uit een tekort aan volwassenheid. Maar laat ons niet afdwalen. We hebben het gehad over symbolen in
verband met persoonlijke ervaringen en ik heb, geloof ik, gezegd dat alle ervaring
bepalend werkt, conditioneert. Alle ervaringen hebben hun wortels
onvermijdelijk in het verleden, want er is geen ervaren zonder herkennen - of dat nu de
herkenning van de waarheid of van mijn buurman is - zodra ik iets herken is dat een
associatie met het verleden. Alle ervaren is een reactie, die uit
die associatie voortvloeit. De zogenaamde geestelijke ervaring is
de weerklank van het verleden op mijn bezorgdheid, mijn leed, mijn angst, mijn
verwachting. Die weerklank is de projectie van een compensatie van mijn ellende.
Mijn geest - of mijn bewustzijn --
projecteert het tegenovergestelde van de toestand, waarin hij zich bevindt, omdat ik
geloof, dat dat gelukkige en verheven tegendeel een troostende realiteit is.
En zo projecteert mijn katholieke, of
boeddhistische geloof het beeld van de Heilige Maagd of de Boeddha en zulk een constructie
wekt intense emotie juist in die lagen van het nog niet verkende bewustzijn, die, niet
wetende dat ze zelf deze beelden hebben opgebouwd, hen ten onrechte voor realiteit
aanzien. En zo worden de woorden of de
symbolen belangrijker als de werkelijkheid. Ze vestigen zich als herinneringen in
de geest, die zegt: 'ik weet, want ik heb een geestelijke ervaring gehad'. Op die manier blazen mijn woorden en
mijn speciale geconditioneerdheid elkaar wederzijds leven is en de geest is gevangen in
een vicieuze cirkel... De herinnering van intense emoties,
of van een schok, of een extase wekt het verlangen naar een herhaling van die ervaring en
zo wordt het symbool de hoogverheven innerlijke autoriteit, het ideaal, waar alle
inspanning op gericht is. Het doel wordt dat symbool opnieuw te
achterhalen en als middel daartoe houdt men het onophoudelijk voor ogen en tracht men
zichzelf er naar te vormen.
De afstand tussen het individu, zoals
hij is en het symbool of het ideaal wordt door het denkproces geschapen. En dat proces is allerminst
deconditionerend maar integendeel voor alles conditionerend. Alleen wanneer men sterft ten aanzien
van die afstand, is er een mogelijkheid tot mutatie. Die mutatie is alleen mogelijk
wanneer alle ervaring ophoudt te bestaan. Hij die geen ervaringen meer beleeft
is ontwaakt. Maar u weet, wat er overal gebeurt:
men jaagt steeds dieper en meer omvattende ervaringen na. In het algemeen denkt men dat ervaren
werkelijk leven is. Maar we hebben zojuist het proces van
de ervaring onderzocht en we hebben gezien, dat hetgeen in dat ervaren wordt beleefd niet
de werkelijkheid is, maar het symbool, het ideaal, het woord. We leven op woorden. Het woord, het beeld is echter niet
het ding zelf.
Het zogenaamde geestelijke leven is
een voortdurend voortgaand conflict, omdat het uitgaat van de mening, dat het zich voeden
met voorstellingen, met beelden alsof men een hongerend mens zou kunnen voeden met het
woord 'brood'. De meesten van ons leven bij woorden
en niet bij feiten. Bij alle feiten in het leven, hetzij
geestelijk leven of seksueel leven, of bij het organiseren van het zakenleven, of bij de
vrijetijdsbesteding, worden onze handelingen steeds gedreven door woorden. Woorden worden tot gedachten of
denkbeelden georganiseerd en daardoor aangespoord geloven wij dat, hoe groter de afstand
wordt tussen de werkelijkheid (dat wat we werkelijk zijn) en het ideaal (de projectie van
het tegenovergestelde van wat we zijn) hoe vuriger en heviger we leven. En zo keren we de mutatie de rug toe. |