|
KRISHNAMURTI: VRIJHEID EN MEDITATIE GELOOF BINDT - GELOOF ISOLEERT Men ziet duidelijk dat geloof de
mensen scheidt en onverdraagzaamheid schept; is het nu mogelijk om zonder geloof te leven? Men kan daar alleen achter komen door
zichzelf te bestuderen in verhouding tot een geloof. Is het mogelijk in deze wereld zonder
geloof te leven - niet tot een ander geloof over te gaan, niet het ene geloof voor een
ander te verwisselen, doch volkomen vrij te zijn van elk geloof, zodat men elke
minuut nieuw tegenover het leven staat? Dit is tenslotte de waarheid: de
capaciteit hebben, elk ding als nieuw tegemoet te treden, van ogenblik tot ogenblik,
zonder de bepalende reactie van het verleden, zonder er niet het effect van groeiend
beperking is, dat werkt als een slagboom tussen onszelf en wat 'is'. Indien ge dit goed beschouwt, zult ge
zien, dat een van de redenen waarom ge een geloof wenst aan te nemen, vrees is.
Indien wij geen geloof hadden, wat
zou er dan met ons gebeuren? Zouden we niet erg bang zijn voor wat
er zou kunnen gebeuren? Indien we geen voorbeeld hadden om
naar te handelen, dat op geloof gebaseerd was - hetzij geloof in God, in communisme,
socialisme of imperialisme, of in een of andere soort godsdienstige formule, een dogma
waardoor we begrensd worden - dan zouden we ons volkomen verloren wanen, nietwaar? En is in het aannemen van een geloof
niet het verbergen van die vrees - de vrees om werkelijk niets te zijn, om leeg te zijn? Ten slotte is een beker alleen nuttig
wanneer hij leeg is; en een geest die vol geloven, vol dogma's, vol verklaringen en
aanhalingen zit, is waarlijk een niet-scheppende geest; hij is slechts een herhalende
geest. Aan die geest te ontsnappen - die
vrees voor leegte, voor eenzaamheid, die vrees voor stagnatie, voor niet slagen, niet
bereiken, niet voltooien, om niets te zijn, niets te worden - dat is stellig een van de
redenen, nietwaar, waarom wij geloven zo gretig en met graagte accepteren. En begrijpen wij onszelf dan, door een geloof aan te nemen? Integendeel. Een geloof, hetzij godsdienstig of
politiek, staat ons zelfbegrip in de weg. Het werkt als een scherm waar
doorheen we onszelf gadeslaan. En kunnen we zonder geloven onszelf
beschouwen? Indien wij die geloven wegdoen, de
vele geloven die men heeft, is er dan nog iets overgebleven om te beschouwen? Indien wij geen geloof hebben,
waarmede de geest zich vereenzelvigd heeft, dan is de geest, zonder vereenzelviging, in
staat om zichzelf te bekijken zoals hij is; en dat is dan zeker het begin van zelfbegrip. Deze kwestie van geloof en kennis is
werkelijk een zeer interessant probleem. Welk een uiterst belangrijke rol
speelt zij in ons leven! Hoeveel geloven hebben wij niet! Hoe intellectueler iemand is, hoe
beschaafder, hoe spiritueler, indien ik dat woord gebruiken kan, des te kleiner is zijn
vermogen om te begrijpen.
De wilden hebben ontelbare
bijgeloven, zelfs in deze moderne wereld. Degenen die dieper nadenken, die wakkerder,
waakzamer zijn, zijn misschien de minst gelovigen. Dat is omdat geloof bindt, geloof
isoleert; en wij zien dat dit over geheel de wereld zo is, in de economische en de
politieke en ook in de z.g. geestelijke wereld. Gij gelooft, dat God bestaat; of gij gelooft in volledig staatstoezicht op alle dingen en op alle dingen en op alle individuen, terwijl ik geloof in individueel initiatief enz.; gij gelooft dat er slechts een Heiland is en dat ge hem uw doel kunt bereiken; en ik geloof dat niet. En zo handhaven wij onszelf, gij met uw geloof en ik met het mijne. Toch spreken wij beiden over liefde,
vrede, eenheid der volkeren, een leven - hetgeen absoluut niets betekent; omdat juist elk
geloof een proces van afzondering is. Geloof werkt vernietigend; en dit is in ons dagelijks leven te zien. Kan ik mijzelf zien, wanneer ik
gevangen ben in dit begeerteproces, dat zich openbaart in het hechten aan een geloof? Kan de geest zichzelf van geloof
bevrijden - niet een ander ervoor in de plaats stellen, maar er totaal vrij van zijn?
Gij kunt hier niet met een woord 'ja'
of 'neen' op antwoorden, maar gij kunt wel definitief zeggen of het uw intentie is u vrij
te maken van geloof. Dan komt gij onvermijdelijk tot het punt, waarop gij de middelen zoekt, waardoor gij uzelf bevrijden kunt van zucht naar veiligheid. Klaarblijkelijk is er geen innerlijke
veiligheid, welke, zoals gij gaarne gelooft, altijd zal voortduren. Gij houdt ervan te geloven dat er een
God is, die voor al uw nietige kleine zaken zorgt, die u vertelt met wie u moet omgaan,
wat ge doen moet en hoe ge het moet doen. Dit zijn kinderachtige en onrijpe
gedachten. Gij denkt dat de Grote Vader over
ieder van ons waakt. Dit is louter een projectie van uw
eigen persoonlijke wensen. Het is natuurlijk niet waar. Waarheid is geheel iets anders.
Zoals ik het zie, is ons probleem
dus, dat wij gebonden zijn, bezwaard door geloof, door kennis; en kan een geest nu vrij
zijn van gisteren en van de geloven, verkregen door het proces van gisteren? Begrijpt ge die vraag? Is het mogelijk voor u en mij, om als
individuen in deze maatschappij te leven en toch vrij te zijn van geloven, waarin we zijn
grootgebracht? Is het mogelijk voor de geest om vrij
te zijn van al die kennis, al dat gezag? Wij lezen verschillende teksten, we
lezen godsdienstige boeken. Daarin is nauwkeurig beschreven, wat
wel en wat niet gedaan moet worden, hoe we het doel moeten bereiken, wat het doel is en
wat God is. Gij allen kent dat van buiten en gij
hebt het nagevolgd. Dat is uw kennis, dat is wat gij
verkregen hebt; dat pad blijft ge steeds volgen. Vanzelfsprekend zult ge vinden wat ge
nastreeft en zoekt.
Maar is dat de werkelijkheid? Is het niet de projectie van uw eigen
kennis? Het is dus geen werkelijkheid. Kunt gij dat nu - niet morgen,
maar nu - realiseren en zeggen: 'ik zie in, dat dit de waarheid is' en het dan
loslaten, zodat uw geest niet verlamd wordt door dit proces van verbeelding, van
projectie? Kan de geest vrij zijn van geloof? Gij kunt er slechts vrij van zijn,
wanneer gij de innerlijke natuur van de oorzaken kent, welke maken, dat gij u eraan
vastklemt, niet alleen de bewuste, maar evengoed de onbewuste motieven, welke maken dat ge
gelooft. Tenslotte zijn wij niet enkel
oppervlakkige entiteiten, welke in het bewuste leven. Wij kunnen de dieper bewuste en de
onbewuste handelingen ontdekken, indien wij de onbewuste geest een kans geven, daar deze
veel sneller reageert dan de bewuste geest. Terwijl uw bewuste geest rustig
nadenkt, luistert en oplet, is de onbewuste geest veel actiever, veel waakzamer en veel
ontvankelijker; daardoor heeft de laatste een antwoord klaar.
Kan de geest, welke onderdrukt is,
bang gemaakt, geforceerd, gedwongen om te geloven, kan zulk een geest vrij zijn in het
denken? Kan hij alles op een nieuwe wijze
zien en het proces van afzondering tussen u en een ander doen eindigen? Zeg a.u.b. niet, dat het geloof de
mensen samenbrengt. Dat doet het per se niet. Dit is heel duidelijk. Geen enkele georganiseerde godsdienst
heeft dat ooit gedaan. Zie eens naar uzelf in uw eigen land. Gij zijt allen gelovigen, doch zijt
gij allen een. Zijt ge allen eensgezind? Gij weet zelf, dat dit niet zo is. Ge zijt verdeeld in vele
kleinzielige, kleine groepjes, kasten; gij kent deze ontelbare verdelingen.
Dit proces is over de gehele wereld
hetzelfde - in het Oosten zowel als in het Westen - Christenen vernietigen andere
Christenen, elkaar vermoordend voor de nietigste kleine dingen, mensen in kampen
opsluitend enz., alle monsterlijkheden van de oorlog. Daarom, geloof verenigt de mensen niet.
Dit is duidelijk genoeg. Indien dat duidelijk is en het is
waar en gij ziet het, dan moet gij er ook naar leven. De moeilijkheid is echter, dat de
meesten onzer het niet zien, omdat wij niet een staat zijn die innerlijke onzekerheid -
dat innerlijk gevoel van alleen zijn - onder ogen te zien. Wij wilen iets om op te steunen, of
het nu de Staat is, de kaste, of het nationalisme, of het een Meester of een Heiland is,
of iets anders. En, als wij de onwaarheid van dit
alles zien, dan is de geest in staat - al is het maar voor een ondeelbaar ogenblik - de
waarheid ervan in te zien; hoewel, wanneer het te veel voor hem is, hij ervoor
terugdeinst. Maar dat ogenblik is voldoende,
indien ge het maar gedurende een seconde kunt zien, is het al genoeg; want dan zult ge
iets heel bijzonders zien gebeuren. Het onbewuste is aan 't werk, hoewel
het bewuste het misschien verwerpt. Het is geen seconde die voortduurt; maar juist die seconde zal zijn eigen gevolgen hebben, zelfs, ondanks het feit dat de geest er zich tegen verzet. |