|
KRISHNAMURTI: VRIJHEID EN MEDITATIE TIJD IS DE INTERVAL TUSSEN DENKBEELD EN HANDELING Het leven van de meesten onzer
bestaat uit een reeks handelingen, schijnbaar onsamenhangende handelingen, welke alle los
van elkaar staan, hetgeen leidt tot ontbinding, tot teleurstelling. Het is een probleem, dat ieder onzer
aangaat, omdat wij leven door handeling en er zonder handeling geen leven, geen ervaren,
geen denken is. Gedachte is handeling; en slechts
door handeling in een bijzondere laag van ons bewustzijn, n.l. in de buitenste laag ervan
na te jagen, door enkel gegrepen te worden door uiterlijke handeling, zonder het totale
proces van handeling zelf te begrijpen, zal ons onvermijdelijke voeren tot teleurstelling,
tot ellende. Ons leven bestaat uit een reeks
handelingen of een proces van handeling in verschillende lagen van ons bewustzijn.
Bewustzijn is ervaren, benoemen en
registreren. D.w.z. bewustzijn is uitdaging en
antwoord, hetgeen ervaring is, daarna het benoemen of naam-geven, en tenslotte het
vastleggen, hetgeen herinnering is. Dit proces is handeling, nietwaar? Bewust zijn is handeling; en zonder
uitdaging en antwoord, zonder ervaring, benaming en naamgeving, zonder registrering, het
geen herinnering is, bestaat er geen handeling. Handeling schept dus hem, die
handelt. D.w.z. deze dader ontstaat, wanneer
de daad een resultaat, een einddoel nastreeft. Indien er geen resultaat ligt in
handeling, bestaat de dader niet; doch indien er een einddoel of een resultaat in 't zicht
is, dan brengt de daad de dader voort. De dader, de daad en het doel of
eindresultaat vormen dus tezamen één proces, één enkelvoudig proces, dat
in werking treedt, wanneer handeling een einddoel beoogt. Handeling naar een resultaat toe is
wil; voor 't overige is er geen wil, nietwaar? De begeerte naar een eindresultaat
zet de wil in werking, d.i. de dader; ik wens iets te bereiken, ik wil een boek schrijven,
ik wens rijk te zijn, ik wil een schilderij maken.
Wij zijn vertrouwd met deze drie
toestanden: de dader, de daad en het doel. Hierin ligt ons dagelijks bestaan. Ik leg u slechts uit wat is,
wij zullen echter alleen dan beginnen te begrijpen, hoe wij dat, wat is, moeten
veranderen, wanneer we het zeer nauwkeurig bestuderen, zodat er geen illusie of
vooroordeel omtrent bestaat en geen vooringenomenheid. Welnu, deze drie toestanden welke
tezamen ervaring uitmaken, de dader, de daad en het resultaat, vormen zeer zeker een
wordingsproces. Op andere wijze bestaat er geen
worden. Indien er geen persoon is die handelt
en indien er geen handeling is, welke tot een doel voert, is er geen wording; het leven
zoals wij het kennen, ons dagelijks leven, is een proces van wording. Ik ben arm en mijn handeling is
gericht op een doel, n.l. rijk worden. Ik ben lelijk en ik wil graag mooi worden. Daarom is mijn leven een
wordingsproces.
De wil om te zijn is de wil om te
worden, in verschillende lagen van het bewustzijn, in verschillende toestanden, waarin
uitdaging, antwoord, benaming en registrering een rol spelen. Dit 'worden' nu, betekent strijd, dit
worden is lijden, nietwaar? Het is de voortdurende worsteling: ik
ben dit en ik wens dat te worden. Daarom is het probleem dus: bestaat er handeling buiten dit 'worden'? Is er handeling zonder dit lijden, zonder deze voortdurende strijd? Indien er geen doel is, is er geen
dader, want de handeling met een oogmerk, schept de persoon die handelt. Kan er echter handeling zijn zonder
doel en daardoor zonder de dader, d.w.z. zonder verlangen naar een resultaat? Zulk handelen is geen worden en
daarom geen strijd. Er is een toestand, waarin men
handelt, een ervaren zonder hem, die ervaart en zonder de ervaring.
Op het moment van ervaren, zijt gij
niet gewaar van uzelf als degene, die ervaart, los van die ervaring; gij zijt in de
toestand van ervaren. Neem dit simpele voorbeeld: gij zijt
boos. In dit ogenblik van boosheid is er,
noch hij die ervaart, noch de ervaring; er is alleen het ervaren. Maar op het ogenblik dat gij daaruit
zijt, een deel van een seconde na het ervaren, is er hij die ervaart plus de ervaring, hij
die handelt plus de handeling met het doel voor ogen, - bevrijd te willen zijn van
boosheid of haar te onderdrukken. Wij bevinden ons herhaaldelijk in die
toestand, in de staat van ervaren; doch we raken er altijd weer uit en geven het een
uitdrukking, een benaming en we leggen het vast, waardoor het wordingsproces wordt
bestendigd. Indien wij handeling in de
fundamentele zin van het woord kunnen begrijpen, dan zal dit grondig begrip onze
oppervlakkige handelingen ook beïnvloeden; doch eerst moeten we de fundamentele aard van
handeling begrijpen. Wordt handeling voortgebracht door
een denkbeeld? Hebt ge eerst een denkbeeld en
handelt ge daarna?
Of komt handeling eerst en bouwt ge,
daar handeling conflict veroorzaakt, er een denkbeeld omheen? Schept de daad de dader, of komt deze
het eerst? Het is zeer belangrijk te ontdekken,
wat eerst komt. Indien het denkbeeld eerst komt, dan
past de daad zich daarbij slechts aan en is het niet langer de daad, maar nabootsing,
gedwongen in de richting van een denkbeeld. Het is heel belangrijk, dit te
realiseren, want, daar onze maatschappij grotendeels gebouwd is op intellectuele of uit
woorden bestaande grondslagen, komt bij ons allen het denkbeeld eerst en volgt de daad
daarop. Handeling is dan de dienares van een
denkbeeld en het louter opbouwen van denbeelden is blijkbaar nadelig voor handeling. Ideeën brengen weer ideeën voort en
wanneer er slechts ideeën worden voortgebracht, ontstaat er antagonisme en wordt de
maatschappij topzwaar door het intellectuele proces van ideeënvorming.
De structuur van onze maatschappij is
zeer intellectueel; wij kweken het intellect aan ten koste van elke andere factor van ons
wezen en daarom verstikken wij in ideeën.
Kunnen ideeën ooit handeling
voortbrengen, of vervormen ideeën slechts het denken en beperken zij daardoor het
handelen? Wanneer handeling wordt gedwongen
door een idee, dan kan zij nimmer de mens bevrijden. Het is voor ons van groot belang dit
punt te begrijpen. Indien een denkbeeld vorm geeft aan
een handeling, dan kan handeling nimmer onze ellende oplossen; voordat een denkbeeld in
handeling kan worden omgezet, moeten wij er eerst achter zien te komen, hoe dat denkbeeld
ontstaat. Een onderzoek naar het vormen van
ideeën, naar het opbouwen van denkbeelden, hetzij socialistische, kapitalistische of
communistische, of naar de verschillende godsdiensten, is van het grootste belang, vooral
omdat onze maatschappij aan de rand van de afgrond staat, terwijl zij een nieuwe
catastrofe, een nieuwe ondergang aantrekt.
Zij die zich werkelijk ernstig hebben
voorgenomen een menselijke oplossing te vinden voor onze vele problemen, moeten eerst dit
proces van het vormen van ideeën begrijpen. Wat bedoelen wij met een idee? Hoe ontstaat een denbeeld?
En kunnen denkbeeld en handeling
samengevoegd worden? Stel, dat ik een idee heb dat ik wil
uitvoeren. Dan zoek ik een methode, om het in
praktijk te brengen en wij wikken en wegen, verspillen onze tijd en energie met twisten,
hoe die idee moet worden uitgevoerd. Het is dus waarlijk van groot belang
te ontdekken, hoe ideeën ontstaan; en nadat we de waarheid daarvan ontdekt hebben, kunnen
we verder praten over handeling. Zonder eerst te spreken over ideeën
heeft geen zin, na te gaan hoe we moeten handelen. Welnu, hoe komt ge aan een idee, een
heel eenvoudig idee, ze behoeft niet wijsgerig, godsdienstig of economisch te zijn? Het is blijkbaar een gedachteproces,
nietwaar? Een denkbeeld is het resultaat van
een gedachteproces. Zonder gedachteproces kan er geen
denkbeeld zijn. Ik moet dus het gedachteproces zelf
begrijpen, voordat ik het product ervan: het denbeeld, kan begrijpen.
Wat bedoelen we met gedachte? Wanneer denkt gij? Klaarblijkelijk is gedachte het
resultaat van een neurologische of psychologische reactie. Het is het onmiddellijk reageren van
de zinnen op een sensatie, of het is, psychologisch, de reactie van verzamelde
herinneringen. Er is een onmiddellijk antwoord van
de zenuwen op een sensatie en er is een psychologisch antwoord van verzamelde
herinneringen, de invloed van ras, groep, guru, gezin, traditie enz. - en dit alles noemt
gij denken. Het gedachteproces is dus een
herinneringsproces. Gij zou geen gedachte hebben als ge
geen herinnering had; en de reactie van herinnering op een zekere ervaring brengt het
denkproces in actie. Gesteld b.v. dat ik herinneringen
verzameld heb over nationalisme en mijzelf een Hindoe noem. Dat reservoir van herinneringen aan
voorbije reacties, handelingen, gevolgtrekkingen, tradities, gewoonten, beantwoordt aan de
uitdaging van een Muzelman, van een Boeddhist of van een Christen en de beantwoording van
herinnering aan de uitdaging, heeft onvermijdelijk een gedachteproces tot gevolg.
Let er eens op hoe dat gedachteproces
in uzelf werkt, dan kunt ge de waarheid hiervan direct toetsen. Iemand heeft u b.v. beledigd en dat
blijft in de herinnering hangen; het vormt een deel van de achtergrond. Wanneer gij die persoon ontmoet is
dat de uitdaging en het antwoord erop is de herinnering aan de belediging. Het antwoord van de herinnering,
welke het denkproces vormt, schept een idee; daarom is de idee altijd begrensd - het is
zeer belangrijk, dit te begrijpen. D.w.z. de idee is het resultaat van het denkproces, het denkproces is het antwoord op de herinnering en de herinnering is steeds begrensd. Herinnering behoort altijd tot het
verleden en door de uitdaging wordt die herinnering in het tegenwoordige tot leven gewekt. Herinnering op zichzelf heeft geen leven, doch komt tot leven in het tegenwoordige, wanneer zij daarin door een uitdaging wordt geplaatst. En alle herinnering, hetzij
sluimerend of actief, is beperkt, is dit niet zo? Daarom moeten we het op een heel
andere wijze aanpakken.
Gij moet voor uzelf, innerlijk,
ontdekken, of ge handelt volgens een idee en of er ook handeling kan bestaan zonder dat
van tevoren een idee is gevormd. Laat ons een zien te ontdekken wat
dat is: handeling welke niet op een idee is gebaseerd. Wanneer handelt ge zonder voorafgaand
idee? Wanneer bestaat er handeling, welke
niet het resultaat is van ervaring? Een handeling, gebaseerd op ervaring
is, zoals we reeds opmerkten, beperkend en daarom een hindernis. Handeling, welke niet uit een idee
voorkomt, is spontaan, wanneer het denkproces, gebaseerd op ervaring, de handeling niet
beheerst; hetgeen zeggen wil, dat er handeling bestaat, onafhankelijk van ervaring,
wanneer de geest die handeling niet beheerst. Dat is de enige toestand waarin
begrip aanwezig is: wanneer de geest, gebaseerd op ervaring, de handeling niet leidt,
wanneer de gedachte, gebaseerd op ervaring, de handeling niet vormt. Wat is handeling, wanneer en geen
denkproces is?
Kan er handeling zijn zonder
denkproces? Ik wil b.v. een brug, een huis
bouwen. Ik ken de techniek en de techniek
leert mij hoe ze te bouwen. Dat noemen wij handeling. Dan is er de handeling van het
schrijven van een gedicht, van schilderen, van verantwoordelijkheden voor de regering, van
reacties op maatschappelijk gebied of op de omgeving. Zij zijn alle gebaseerd op een
voorafgaande ervaring, welke de handeling vorm geeft. Maar bestaat er handeling, wanneer er
geen denkbeeld aan voorafgaat? Er bestaat zeker zulk soort handelen,
wanneer idee ophoudt; en ideeën houden alleen op, wanneer er liefde is. Liefde is geen herinnering. Liefde is geen ervaring. Liefde is niet het denken aan de
persoon die men liefheeft, want dit is louter gedachte. Ge kunt niet denken over
liefde. Gij kunt denken aan de persoon, die
ge liefheb of aan wie gij toegewijd zijt - uw guru, uw beeltenis, uw vrouw, uw
echtgenoot, maar de gedachte, het symbool, is niet het werkelijke, d.i.: liefde. Daarom is liefde geen ervaring. Wanneer er liefde is, is er
handeling, nietwaar, en is die handeling niet bevrijdend?
Zij is niet het resultaat van
verstandelijke overweging; en er is geen hiaat tussen liefde en handeling, zoals ertussen
denkbeeld en handeling is. Het denkbeeld is altijd oud, het werpt zijn schaduw op het nu en wij trachten steeds een brug te bouwen tussen handeling en denkbeeld. Wanneer er liefde is - welke geen
verstandelijke overweging kent, geen denkbeeldenvorming, liefde, welke geen herinnering is
en geen gevolg van een ervaring, van een toegepaste discipline - dan is die liefde op
zichzelf handeling. Dat is het enige wat bevrijdt. Zolang er verstandelijke overweging is, zolang een handeling gevormd wordt door een denkbeeld, dat ervaring is, kan er geen verlossing zijn; en zolang dat proces doorgaat, is alle handeling beperkt. Wanneer de waarheid hiervan wordt
ingezien, ontstaat die liefde, welke geen werkzaamheid van de geest is, waarover gij niet
kunt denken. Men moet dit totale proces gewaar
zijn, hoe denkbeelden ontstaan, hoe handeling daaruit volgt en hoe die denkbeelden de
handeling beheersen en daardoor beperken, hetgeen alles op sensatie berust. Het doet er niets toe, wiens denkbeelden
het zijn, van de linker of van de uiterst rechter zijde. Zolang wij aan denkbeelden
vasthouden, zijn we in een toestand, waarin totaal geen ervaren plaats kan vinden. Wij leven dan slechts in het veld van
de tijd - in het verleden, hetgeen verdere sensatie geeft, of in de toekomst, welke weer
een andere vorm van sensatie is. Alleen, wanneer de geest vrij is van
het denkbeeld kan er ervaren zijn. Ideeën zijn geen waarheid; waarheid
moet direct ervaren worden, van ogenblik tot ogenblik. Het is niet de ervaring die ge wenst, want dat is louter sensatie. Slechts, wanneer gij buiten de bundel denkbeelden kunt gaan - hetgeen het 'ik' is, het geen de geest is, die een gedeeltelijke of gehele voortzetting kent - slechts, wanneer gij daarboven uit kunt gaan, wanneer het denken volkomen stil is, is er een toestand van ervaren. Dan zult gij weten wat waarheid is.
|