LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

 

      OSHO: HET MOSTERDZAAD      

  GEZEGEND IS DE ALLEENSTAANDE  

Jezus zei: gezegend en uitverkoren is de alleenstaande, want je zult het koninkrijk vinden; omdat je van het koninkrijk komt en er zult terugkeren.

Een alleenstaande is een sannyasin - dat betekent: een alleenstaand wezen, een zwerver, volkomen gelukkig in het alleen zijn.

Als er iemand met hem meewandelt is het goed.

Als er iemand weggaat is het ook okay, ook goed.

Hij wacht nooit op iemand en hij kijkt nooit om.

Alleen, is hij heel.

Deze 'wezenheid', deze heelheid, maakt je tot een cirkel, en begin en einde ontmoeten elkaar, alfa en omega ontmoeten elkaar.

Een alleenstaande is niet zoiets als een lijn.

Jij lijkt op een lijn - jouw begin en einde zullen elkaar nooit ontmoeten.

Een alleenstaande is als een cirkel - zijn begin en einde ontmoeten elkaar.

Daarom zegt Jezus: 'omdat je van het koninkrijk komt en er zult terugkeren.

Je bent één geworden met de bron, je bent een cirkel geworden.

Elders zegt Jezus: 'als het begin en het einde één zijn geworden, ben je God geworden.'

Misschien heb je wel eens een afbeelding gezien - het is een van de oudste zegels van de geheime genootschappen in Egypte - van een slang die in zijn eigen staart bijt.

Dat is het wat het begin en einde betekent, dat betekent wedergeboorte, dat betekent dat je wordt als de kinderen: bewegen in een cirkel, terug tot de bron; dat bereiken waar je vandaan komt.

Jezus zei: als ze zeggen...

'Zij' wil zeggen de maatschappij, de menigte, zij die nog niet uitverkoren zijn, zij die niet gekozen zijn, zij die voortdurend de behoefte hebben nodig te zijn - 'zij'.

'Als ze tegen je zeggen...' en ze zullen dat zeggen, want ze staan niemand toe een alleenstaande te worden.

Ze zullen je achtervolgen, ze zullen proberen je terug te trekken in de maatschappij.

Ze willen dat je terugkeert naar de gevangenis - ze kunnen zich niet voorstellen hoe je ontsnapt bent.

En ze voelen zich niet bij je op hun gemak als je een alleenstaande bent geworden. Waarom niet?

Omdat alleen al het feit dat je er bent, maakt dat ze gaan twijfelen aan hun eigen bestaan: Dat is het ongemak.

Steeds als Jezus zich temidden van je bevindt, ga je je onbehaaglijk voelen, want als die man gelijk heeft, dan heb jij ongelijk - en die man loopt zo dat hij de indruk wekt gelijk te hebben.

Als die man gelijk heeft, wat moet jij dan?

Alleen het feit dat een Jezus zich in de maatschappij beweegt, maakt dat de hele maatschappij in beroering raakt - want die man lijkt zo gelukkig, hij heeft niemand nodig, en heeft ook niet de behoefte nodig te zijn, zo alleen en zo gezegend; en jij bent bijna gek, bijna neurotisch.

Met jou is er iets verkeerd, niet met die man.

Je zult op alle mogelijke manieren proberen te bewijzen dat hij fout is.

Er zijn boeken over Jezus geschreven waarin wordt bewezen dat hij een psychologisch geval was, een krankzinnige; er zijn boeken die bewijzen dat hij neurotisch was.

Wie schrijft die boeken, omdat ze zich alleen als ze kunnen bewijzen dat die man fout, neurotisch, gek is, op hun gemak voelen.

Maar niet beiden kunnen gelijk hebben: als die man gelijk heeft, dan heb jij het verkeerd.

Maar waarom moet het zo nodig?

Als die man neurotisch is, is hij neurotisch - waarom moet je het bewijzen?

Waarom maak je je druk?

Waarom bekommer je je om hem.

Omdat hij maakt dat je aan jezelf gaat twijfelen.

Daarom hebben we deze soort mensen nooit welkom geheten, nooit.

We hebben hen tijdens hun leven altijd verworpen.

We verwelkomen hen als ze dood zijn, dan kunnen we hun gezicht naar onze eigen smaak opschilderen.

Kijk eens naar het gezicht van de christelijke Jezus.

Het is zelfs geen karikatuur, geen cartoon - het is volkomen onecht. Christenen zeggen dat Jezus nooit lachte, en ik kan Jezus niet anders zien dan lachend.

Hij moet goedlachs zijn geweest; het gaat er niet om of je hem hebt horen lachen, maar hij moet zijn geweest als een lachende bruisende bron, overstromend.

Maar de christenen hebben hem zo droevig mogelijk afgeschilderd.

Zoals zij hem afschilderen lijkt hij neurotisch; hij kijkt zo bedroefd dat het een last moet zijn zich in zijn gezelschap te bevinden.

Ga eens in een christelijke kerk kijken naar een portret van Jezus. Zou je een hele nacht met deze man in een kamer willen zitten?

Je zult zeggen: 'zo is het wel goed, een zondagmorgen is genoeg.'

De hele nacht samen met die man?

Je zou gaan beven en bang worden.

En hij is zo bedroefd; je bent al treurig genoeg - waarom het erger maken?

De christenen hebben het kruis als hun symbool gekozen, en ze hebben de kwintessens gemist.

Jezus sprak over het kruis en hij werd gekruisigd, maar hij heeft een heel andere betekenis.

Ze hebben het kruis gekozen omdat het lijden toont, en we hebben zoveel geleden dat we niet in een lachende Christus kunnen geloven.

We kunnen geloven in een lijdende Christus - die is net als wij, precies eender, hij lijdt zelfs meer dan wij.

We begrijpen lijden; de taal der droefenis, lijden en sterven begrijpen we.

Leven begrijpen we niet.

Daarom bestaat het christendom, maar rondom Krishna kon zich geen godsdienst vormen.

De kruisiging werd het symbool, het kruis werd het symbool, maar voor Jezus betekent het kruis zoiets volkomen anders, en ik wil graag vertellen wat het voor Jezus betekende.

Het kruis heeft twee lijnen, eenvoudige lijnen: een lijn horizontaal met de aarde, een tweede lijn verticaal met de aarde.

Dat is het kruis - een dwarsweg, een kruispunt.

De horizontale lijn is de tijd: verleden, heden, toekomst: A, B, C, op een lijn liggend.

Je leeft op die lijn.

De verticale lijn is de eeuwigheid, het nu.

Ze is altijd tegenwoordig; ze heeft geen verleden, geen toekomst.

Ze gaat steeds hoger en hoger; ze beweegt omhoog, niet voorwaarts.

Bij de kruisiging van Jezus ontmoeten tijd en eeuwigheid elkaar; het moment waarop Jezus sterft is het nu.

Als je in het nu sterft, word je herboren, word je opgewekt.

Dan bestaat er geen dood voor je, omdat de tijd verdwijnt en je eeuwig bent.

Het kruis is het symbool van de ontmoeting van tijd en eeuwigheid.

En dat punt moet je dood zijn.

Het kan niet anders, omdat je, als je verdwijnt uit de wereld van de tijd, deel wordt van die eeuwigheid.

En beide kruisen - waar kruisen ze elkaar?

Hier en nu, op dit moment kruisen ze elkaar.

Nu, is het moment, waarop het kruis bestaat.

Maar als je je horizontaal voortbeweegt, in de toekomst, dan loop je het mis.

Als je nu op dit moment begint met je in verticale richting te begeven, ben je aan het kruis; zoals je bent zul je sterven, en je zult herboren worden - een nieuwe geboorte, volkomen nieuw.

En door die geboorte, bestaat er geen dood meer - eeuwig leven.

Voor Jezus was het kruis een symbool van de tijd; tijd en eeuwigheid die elkaar kruisen.

Maar voor het christendom is het een droevig symbool van lijden geworden.

Als Jezus in India had geleefd en als hij niet naar de joden was gegaan en als wij het kruis hadden geschilderd, dan zou het kruis hetzelfde zijn geweest, maar Jezus was anders geweest.

Hij zou gelijk zijn aan Krishna: in extase, met een lachend gezicht, zijn hele wezen lachend, omdat dit het moment van extase is.

Als de tijd verdwijnt, als je sterft voor de wereld van de tijd en je wordt herboren voor de wereld van de eeuwigheid - op dat moment moet je in extase zijn.

Dat noemen de Hindoes samadhi.

Maar de christenheid faalde.

En dat gebeurt altijd omdat een levende Jezus je onbehaaglijk stemt, het is alsof er een worm aan je hart knaagt.

Je moet jezelf wat gerust stellen.

Als hij dood is dan kun je alles zo regelen dat het met jou in overeenstemming is, dan kun je Jezus zo afschilderen dat hij met jou overeenstemt - dan is hij niets anders dan jouw vertegenwoordiger. 

'Als ze tegen je zeggen - en dat zullen ze doen - Waar kom je vandaan? Zeg hen: we komen van het licht, vanwaar het licht uit zichzelf ontstond.'

We komen van God, we zijn zonen van God, we komen van de bron van alle bestaan.

En de bron van alle bestaan heeft geen andere bron - hij komt voort uit zichzelf, is zelf-scheppend.

De vader heeft geen andere vader, de schepper is een zelf-scheppende kracht...

We komen van het licht, vanwaar het licht uit zichzelf ontstond.

   

  

Excerpts from selected works by Osho.
Published here with permission of the copyright owner:
© Osho International Foundation, www.osho.com